Door Lieke Roovers
"Dat doe ik straks wel. Morgen kan ook nog. Of desnoods volgende week."
Klinkt dat bekend? Ik ben vast niet de enige die dingen eindeloos uitstelt. Je weet dat je het beter meteen, of in ieder geval zo snel mogelijk, kan doen, want dan ben je ervan af. Je kunt wel allerlei andere leuke dingen gaan doen terwijl je eigenlijk die ene taak zou moeten uitvoeren, maar hoe leuk is dat dan eigenlijk? Je hebt toch in je achterhoofd dat er nog iets moet gebeuren. Volledig ontspannen is er niet meer bij totdat je dat karwei afgewerkt hebt. Vooral niet als de deadline nadert. Hoe dichterbij die komt, hoe meer stress er door je lijf raast terwijl je krampachtig zit te doen alsof je echt aan het genieten bent van alles wat je doet in plaats van dat ene.
Waarom doen we dat dan? Dingen die op dat moment fijn zijn - al valt dat ook best tegen - maar waar je later spijt van krijgt. Dingen waarvan je weet dat ze niet slim zijn, want morgen of over een week heb je natuurlijk niet opeens wél zin om datgene te doen. Het beste zou zijn om je over dat ik-wil-niet-gevoel heen te zetten en gewoon direct aan de slag te gaan. Je weet dat je dat zou moeten doen. Hoe moeilijk kan het zijn?
Dat blijkt dus behoorlijk ingewikkeld. Deze column schrijf ik bijvoorbeeld de avond voordat het ingeleverd moet worden. Denk je nu 'nou, dat valt toch wel mee?' dan kan ik je vertellen dat dit vroeg is voor mijn doen. Vaak schrijf ik dit stukje 's morgens in het uurtje voor mijn deadline. Stel je even voor hoeveel stress dat oplevert, terwijl dat helemaal niet nodig is. Waarom doe ik mezelf dat aan? Geen idee. In mijn verdediging kan ik alleen maar aanvoeren dat je gedrag veranderen om er later profijt van te hebben lastig is. We weten hartstikke goed wat we moeten doen - sporten, gezond eten, stoppen met roken of drinken et cetera - maar we doen het vaak niet. Er is altijd een excuus te bedenken om het nog even uit te stellen of uiteindelijk zelfs niet te doen.
Rare jongens, die mensen.