Cool?
Door Lieke Roovers
Als er iets over jongeren wordt geschreven of gezegd dan betrap ik mezelf regelmatig op de gedachte 'hm, dat klopt wel/niet, want ik…' en daarna moet ik mezelf dan corrigeren, want ik ben geen jongere. Ik val niet meer in die groep, al lang niet meer. Mensen, ik nader de veertig. Waarom is dat zo moeilijk te accepteren voor mijn brein? Overigens bedoel ik niet dat ik problemen heb met mijn leeftijd of ouder worden in het algemeen. Daar heb ik geen moeite mee. (Nog niet in ieder geval, dat kan nog komen natuurlijk.) Het is niet uiterlijk of lichamelijk dat ik blijf hangen, want ik voel echt wel dat ik geen tiener of twintiger meer ben. Dat is ook prima, want emotioneel gezien is het nogal stressvol om jong te zijn met alle bijbehorende hormonen, onzekerheid, etcetera. Qua gevoelsleeftijd blijf ik echter steken op eind twintig tot begin dertig en daar moet je mee oppassen.
Toen ik nog echt jong was, was ik al niet bijster cool – volgens mij is 'cool' nog in gebruik, toch? Mijn neefje van drie vond laatst iets 'heel cool', dus ik denk dat het nog wel oké is – maar als je bijna van middelbare leeftijd bent dan is bij de meeste mensen het coole er grotendeels vanaf, vooral als je geen idee meer hebt wat 'in' is. Wat doet de jeugd? Naar welke muziek luisteren ze en hoe? Welke series en films kijken ze? Wat dragen ze? Hoe praten ze met elkaar? Ik zou het niet weten, want ik zit niet in dat wereldje. Je moet constant jongeren om je heen hebben en dan moeten ze ook nog met elkaar praten alsof je er niet bent of alsof je erbij hoort, om mee te kunnen komen. Maar zelfs dan kun je nog hopeloos door de mand vallen, gewoon omdat je te oud bent. Weinig zo triest als iemand op leeftijd die probeert in jongerentaal te spreken. Al gebruik je de juiste woorden; het klopt niet. Het is als een vader of moeder die opeens populair gaat zitten doen tegen de vrienden van hun kind: gênant.
Jongeren geloven er trouwens geen bal van dat ouderen zich jong voelen. Logisch, want zij voelen zich juist ouder dan ze zijn. Wat zijn wij toch een tegenstrijdig volk.